ultramarin marine translations
ultramarin.online
nl steilsteven
zeilaak
   
de Steilsteven ursprünglich ein eisernes segelbares Plattboden-Schiff, das in den Niederlanden in der Umgebung von Groningen und im Fehngebiet in den Jahrzehnten zwischen 1875 und 1950 gebaut wurde und seine Hochperiode zwischen 1895 und 1915 hatte.
Typische Merkmale des Steilstevens waren:
- fast vertikal verlaufender Vordersteven
- rundes Aak-Heck
- Roof vor dem Ruderstand
- leichte Bauweise
- runde Kimm
Als motorisierten Nachfolger des gesegelten Steilsteven mit ähnlichen Merkmalen kann der Luxe Motor betrachtet werden.
en   a flat-bottomed steel sailing ship built in the northeast of the Netherlands around Groningen between 1875 and 1950 with a peak period between 1895 and 1915. Characteristically the ship showed
- an almost vertical stem
- a round, aak-type aft
- a hut in front of the wheel
- a light construction
- round bilges
A motorized successor of the sailing type with similar characteristics is the luxe motor.
fr    
 
nl

ijzeren/stalen scheeptsype (zeil en/of motor) zonder houten voorbeeld (vanaf ca. 1875 tot ca. 1950 met een hoogteperiode tussen 1895 en 1915).

De algemene kenmerken van steilstevens:

  • rechte voorsteven
  • bolvormige aak-kont
  • roef voor het roer
  • licht van bouw
  • ronde kimmen

"De hoogteperiode van de steilsteven vinden we in de provincie Groningen met haar vele kanalen in het veengebied. De Groninger is van nature een beetje zuinig, zodat de daar gebouwde en ontworpen schepen altijd wat schraal gebouwd zijn. Omdat de tjalk een tamelijk moeilijk te bouwen scheepstype is, ontstond op het moment dat er behoefte kwam aan een goedkoper te bouwen schip de steilsteven, een aak met een rechte motorsteven
....
Bij de bouw van de steilstevens heeft men vooral gelet op afmetingen van de sluizen en de kanalen in die deel van het land...

Zoals de naam aangeeft, heeft het schip een rechte voorsteven. Het achterschip is dat van een aak. Het boeisel staat voor rechtop en valt bij de achtersteven iets naar binnen, maar lang niet zo sterk als bij een tjalk. De steilsteven steekt vrij ondiep en is langgerekt van vorm. Het roefje op het achterdek heeft aan weerszijden twee raampjes, en de ingang zit volgens Groninger gebruik aan de rechterkant. De slaapplaatsen zijn te vinden onder het achterdek in in het vooronder.

Het hoekje loopt tot de voorkant van de roef; vandaar loopt een grenen zetboord tot aan het want. Vóór het want zit het naamboord. Later werd het zetbord vervangen door scepters en een ketting. Het roer heeft dezelfde vorm als van een tjalk. Steilstevens hebben vaak ijzeren zwaarden.

Heel vroege exemplaren hebben geen kluisbord voor de ankerketting; later zien we één kluisbord (ze lijken altijd wat scheel). Op latere exemplaren zijn de twee kluisgaten op de voor ons normale manier aangebracht.

Door de aakvorm van het achterschip moest de steilsteven voorover worden getrimd in verband met het loslaten van het water (als een klomp overboord ging kon je hem 's avonds weer oppakken). De steilsteven kan door zijn licht bouw in vergelijking met een luxe-motor zo'n 20 ton meer meenemen.

Speciaal gemaakt voor de veenkoloniale kanalen werde met de steilsteven alles vervoerd wat maar te krijgen was. In het begin werd er uiteraard veel in de lijn gelopen of met een paard gejaagd. De stalen zwaarden zijn minder geschikt om te zeilen. De kleinere exemplaren hadden dan ook een kleine tuigage - eigenlijk alleen geschikt om voor-de-wind en met halve wind mee te zeilen. De mast en giek werden veel gebruikt voor het laden en lossen. De Duitse steilstevens werden veelal met bokkepoten en sprietzeil uitgerust." (Scheepstypologieën)

gif
tekening/zeichnung/drawing/dessin: Hein Sommer