ultramarin marine translations
ultramarin.online
nl lijn   “Touwwerk, dat minder dan 1½ duim (4cm) dik is, staat bekend onder den naam van lijnen. Deze worden onderscheiden naar het aantal garens, waaruit ze zijn samengesteld in 27, 21, 18, 15, 12, 9 en 6 garenslijnen. Men heeft ze zoowel geteerd als ongeteerd. Geteerde lijnen worden gebruikt voor bindsels, talreepen, enz.; de ongeteerde voor vlaggelijnen, rijglijnen, waschlijnen, sloepstuigen, enz.

De 27- en 18-garenslijnen komen voor als ongeteerd, driestrengs kabelslag; deze worden gebruikt voor loodlijnen, de eerste voor het zwaarlood, de tweede voor het handlood. De lengte dezer lijnen is 120 vademen (±200m). De overige lijnen zijn driestrengs wantslag; deze komen in den handel voor in lengten van 30 vd. (±50m) of van 60 vd. (±100m). De laatste noemt men wel ‘dubbele lijnen’. Zij worden gehaspeld en met een paar rondslagen vastgemaakt. Bij de lijnen onderscheidt men verder:
Stiklijn, geteerd en ongeteerd, van 6 fijne draden, uit de beste hennep geslagen, gebruikt voor bindsels. In dem handel komt ook geteerde sisal stiklijn voor.
Weeflijn 21, 18 of 15 garens geteerde lijn.
Vischlijn, ongeteerde lijn van 12 fijne draden, krap geslagen en makreellijn van 9 draden.
Loglijn, ongeteerd, 6-draads, krap geslagen, bestemd om te gebruiken bij de handlog.
Patentloglijnen en vlaggelijnen zijn dikwijls van katoen gebreid of geweven.”
(T.J. Noordraven, Schiemanswerk)

  
de Leine „Tauwerk, das dünner als 1½˝ (4 cm) ist, kennt man als Leinen. Diese unterscheidet man nach der Anzahl Garnen, aus denen sie bestehen, d.h. 27-, 21-, 18-, 15-, 12-, 9 und 6-Garn-Leinen. Es gibt sie sowohl geteert als auch ungeteert. Geteerte Leinen benutzt man als Bindsel, Taljereepsbändsel, usw., die ungeteerten finden Verwendung als Flaggenleinen, Anschlagbändsel, Wäscheleinen, Bootsgeschirr usw.

Die 27- und 18-Garn-Leinen gibt es als ungeteerten, dreilitzigen Kabelschlag. Sie werden als Lotleinen benutzt, erstere für das Schwerlot, letzteres für das Handlot. Die Länge dieser Leinen beträgt 120 Faden (±200m). Die übrigen Leinen gibt es als dreilitzigen Wantschlag. Sie kommen in Längen von 30 Faden (±50 m) oder 60 Faden (±100 m) in den Handel. Letztere bezeichnet man auch als ‚doppelte Leinen’. Sie werden gehaspelt und mit ein paar Rundschlägen festgemacht. Die Leinen werden ferner unterschieden nach:
Stekleine, geteert und ungeteert, aus 6 dünnen Fäden, aus bestem Hanf geschlagen und als Bindsel gebraucht. Im Handel gibt es auch Stekleine aus geteertem Sisal.
Webeleine, 21-, 18, oder 15-Faden geteerte Leine.
Fischleine, ungeteerte Leine aus 12 dünnen Fäden, dicht geschlagen, und Makrelleine aus 9 Fäden.
Logleine, ungeteert, aus 6 Fäden, dicht geschlagen, für den Gebrauch als Handlog.
Patentlogleinen und Flaggenleinen sind zumeist aus Baumwolle geflochten oder gewoben.”
(T.J. Noordraven, Schiemanswerk)

en line rope of a girth less than 1½˝ (4cm) used for a special purpose is termed ‘line’. Lines vary depending on the number of yarns, such as 27, 21, 18, 15, 12, 9 or 6-yarn-lines. Lines come tarred as well as untarred. Tarred lines are used as (lanyard) seizing, untarred ones as lanyards, robands, boat tackle etc.
27 and 18-yarn lines come as untarred, three stranded cable lay. They are used for lead lines, either for heavy lead lines or for hand leads. They are sold either in 30 or 60 fathom lengths, the latter also known as 'double lines'. They are reeled and fastened with a few round turns.
fr drisse
corde		 cordage servant à hisser une voile, un espar, un pavillon. Les drisses sont la plupart du temps à itagues et terminent à hauteur du pont par un palan de drisse.
es cuerda      
it cavo
cima
sagola