ultramarin marine translations
ultramarin.online
nl bunkerboot
olieboot
tankboot
  een tankschip van het type N-open, dat gebouwd en ingericht is voor het vervoer en de afgifte van scheepsvoortstuwingsmaterialen aan andere schepen, met een laadvermogen tot 300 ton;  
de BunkerbootÐ Ein Tankschiff des Typ N - offen, das gebaut und eingerichtet ist für den Transport und der Abgabe von Schiffsbetriebstoffen an andere Schiffe, mit einem Ladevermögen bis 300 Tonnen.
en bunker boat
bunkering boatÐ
bunkerbarge
a tank barge of type N-open, built and equipped for the transport and delivery of barge propulsion fuel to other ships/barges,with maximum deadweight of 300 tons;
fr bateau de soutage
bateau souteÐ
bateau avitailleur
un bateau-citerne du type N ouvert d'un port lourd jusqu'ŕ 300 tonnes, construit et aménagé pour le transport et la remise ŕ d'autres bateaux de produits destinés ŕ l'exploitation des bateaux.
bunkerboot - bunker boat - bateau de soutage
Bunkerboot "Aral 2" auf dem Rhein bei Baerl. - Das Bunkerboot mit den Maßen 31m x 5,78m wurde 1960 auf der Meidericher Schiffswerft für den BP Bunkerdienst gebaut und ist mit einem MWM-Diesel von 218 PS motorisiert. Sein größter Tiefgang beträgt 1,85m, seine Tragfähigkeit 146 t. Das Boot beliefert die Schiffahrt im Duisburger Raum sowohl mit Gasöl, als auch mit Schmieröl und Trinkwasser. Das vordere Deckshaus beherbergt eine Heizungsanlage zum Aufwärmen des Schmieröls im Winter. Das Schmieröl, das in verschiedenen Sorten lose übergeben wird, lagert im Deckaufbau hinter dem Mast. In der Pumpenkammer vor dem Steuerhaus befindet sich die Dieselpumpe. Die Roof ist vom Steuerhaus zugänglich und bietet der Besatzung neben einer kleinen Küche zwei Schlafräume zum Übernachten im Schichtdienst oder in Bereitschaft.

Mit dem Aufkommen der Dieselmotorschiffahrt, die nach dem Zweiten Weltkrieg die Dampfschiffahrt verdrängt, finden auch die Bunkerboote Verbreitung. Als kleine mobile Einheiten treten sie an die Stelle der stationären Kranschiffe, die bis dahin zur Übernahme von Bunkerkohlen angefahren werden mußten. Der flüssige Treibstoff konnte auch unterwegs, während der Fahrt übernommen werden. Die 'reisenden Tankstellen' sorgten so für einen flüssigen Verkehr, denn die Durchsetzung des Dieselmotors bedeutete auch eine Zunahme der Selbstfahrer, die mit Treib- und Schmierstoffen zu versorgen waren.

* * * *

Bunkerboot "Aral 2" op de Rijn bij Baerl. - De bunkerboot werd 1960 bij de Meidericher Schiffswerft voor BP gebouwd, met een lengte van 31 m en een breedte van 5,78 m. In de machinekamer staat een 160-kW MWM-dieselmotor. De maximale diepgang bedraagt 1,85m en de draagkracht is 146 t. De boot voorziet de binnenvaart in het gebied rond Duisburg met gasolie, smeerolie en drinkwater. De smeerolie, die boven dek in tanks is obgeborgen, wordt in de winter vloeibaar gehouden door de verwarming in de dekhut op het voorschip. In de pompkamer voor de stuurhut bevindt zich de dieselpomp. De roef is vanuit de stuurhut toegankelijk en biedt de bemanning behalve een kleine keuken twee slaapruimten voor de overnachting tijdens de (ploegen)dienst.

Met de komst van de dieselmotor in de scheepvaart, die na de twee wereldooorlog de stoomvaart verdrong, wordt ook het aantal bunkerboten uitgebreid. Als kleine mobiele eenheden nemen ze de plaats in van de kraanschepen, die tot dan toe ter overname van bunkersteenkolen en coke moesten worden aangevoerd. De vloeibare brandstof kon ook onderweg tijdens de vaart aan boord worden genomen. De 'reizende pompstations' zorgden zo voor een vlot verkeer, want het succes van de dieselmotor betekende ook een groei van het aantal zelfstandige vaarders die met brandstof en smeerolie verzorgd moesten worden.

* * * *

Bunker boat "Aral 2" on the Rhine near Duisburg. - The standard design, built in 1960 by the Meidericher Schiffswerft for the BP bunker service, measures 31m x 5,78m and is driven by a 160-kW MWM-diesel. At a maximum draught of 1,85 m it carries 146 tons. The bunker boat provides ships in the Duisburg area with diesel, lubricating oil and drinking water. A heating system in the fore deck house keeps the lubricating oil which is kept in tanks above deck fluid during the cold season. The diesel is transferred from four tanks below deck by a pump situated in the chamber on the after part in front of the steering house above deck. The aft deck house above the engine room with a kitchen and two bedrooms is accessible from the steering house, offering accommodation to a crew of two while on stand-by duty.

The rise of the bunker boat is neatly intertwined with the diffusion of the diesel engine in inland navigation after WW II. Within a decade small mobile units push aside the stationary crane ships with their coal barges which until then had to be called at by steam boats at regular distances. The availability of the liquid fuel provided for the fluid traffic of the increasing number of motor-vessels which had to be supplied with diesel and lubricants of different kinds.